Leiderschap. Als je er vandaag niet mee bezig bent, ben je duidelijk niet meer mee. Ik beken, het prikkelt me en ik krijg er een onprettig gevoel bij. Ik vind het wat overmatig. Soms een beetje aanstootgevend zelfs. Leiders zijn nodig. Ze zijn er van nature. Sommigen lopen voorop, anderen achterop, sommige tussen de anderen, anderen van aan de zijkant. Die leiders zijn een deel van het geheel, even waardevol als de rest. Een rol net zoals een andere rol.
Ik noem het liever levenskunst. Met leiderschap tot gevolg. Voor jezelf en je omgeving als je dat wil. En dan heeft elke solo-ondernemer recht op zijn eigen ondernemerskunst. Dat voelt al een stuk beter dan leiderschap als je ’t mij vraagt.
Want wie leidt? Soms ben je het zelf. Soms een duidelijke ander. Soms is het niet duidelijk. Soms is het te duidelijk. En soms leidt er niemand. En dan nog, dan gebeurt er vanalles. Uit het niets. Verbazend eigenlijk. Gewoon geschonken door het leven. Soms mooi, soms pijnlijk. En soms zijn we heel vastberaden in onze acties, en levert dat maar de helft van de mogelijke resultaten op. Alsof het leven niet is gevolgd. Frustrerend toch?
Die dunne grens tussen vertrouwen in je levenspad en de ambitie er met volle daadkracht in te vliegen, dat is een gekende voor me. Ik zie ze steeds scherper en spring voortdurend van de ene kant naar de andere kant. Voortdurend dansen, heen en weer over die dunne grens. Echt verwarrend. Maar gelukkig is Rudy Vandamme er die het helder formuleert in “Ontwikkelingsgericht werken in de praktijk”.
“Ontwikkelingsgericht in het leven staan, betekent de capriolen van je ego overstijgen en toelaten dat het leven de leiding heeft.”
Eenvoudig is dat zeker niet, die toevallige successen en briljante mislukkingen. Maar aantrekkelijk op zijn minst. Levenskunst is dat voor mij.